Nederlands–Frans woordenboek

Franse vertaling van het Nederlandse woord aanvallen

Nederlands	Frans (indirect vertaald)	Esperanto
aanvallen	agresser ; attaquer ; attaquer le premier ; commettre une agression	agresi
aanvallen (aangrijpen; aanpakken; attaqueren)	assaillir ; attaquer	ataki
🔗 Hoorde je bij de bandieten die ons aanvielen?
aanvallen	attaquer	ataki
aanval (vlaag)	accès ; assaut ; attaque	atako
🔗 Maar de spin zette de aanval niet voort.
aanvaller (agressor)	agresseur	agresanto
aanvaller	avant	avanulo
aanvaller	attaquant	atakanto
🔗 Nu waren er vele aanvallers om hen heen.
vallen (afvallen; flikkeren; neervallen)	s’abattre ; tomber	fali
🔗 Het mes liet ik vallen.