Woordenboek Nederlands–Esperanto

Esperanto‐vertaling van het Nederlandse woord mansoor

Nederlands → Esperanto
  
NederlandsEsperanto
(echtgenoot)
🔗 Hij en Minerva leefden nu als man en vrouw.
(kerel; manspersoon; vent)
🔗 Hebt u deze man vermoord?
🔗 En nu, hoeveel man wil je meenemen?
(hengsel)
🔗 Hij vond wat bordjes en kopjes zonder oor, maar geen geld.
(greep; handgreep)
🔗 In hun oren dreunt nog het orgel.
🔗 Toen hij zijn oor bij de opening bracht, kon hij duidelijk de stem van heer Ollie horen.