Woordenboek Nederlands–Esperanto

Esperanto‐vertaling van het Nederlandse woord hof

Nederlands → Esperanto
  
NederlandsEsperanto
hof‐
(hoofs)
(plaats)
🔗 De hof was leeg.
(gerechtshof; rechtbank)
🔗 Het hof ging hierin mee, maar dat leidde niet tot een hogere straf.
🔗 Nu leefde er aan het hof een tovenaar, Erykion geheten.
(tuin)
🔗 Er stonden verscheidene kale fruitbomen in de hof.
het hof maken
(vrijen; verkering hebben)
(binnenplaats; binnenplein) ()
🔗 Shimrid duwde de ijzeren deur verder open en betrad de binnenhof.
(hof; rechtbank)
🔗 We zijn nog niet in het gerechtshof, mevrouw.
supera tribunalo
kortega kuracisto
🔗 De koningin, plotseling in paniek, opende haar mond om haar hofdames te roepen, toen hield ze haar kreet in.
korteza
(beleefd; heus; wellevend)
🔗 Pulk maakte een hoffelijk gebaar.
(beleefd; wellevend)
🔗 Hij kwam hoffelijk overeind.
🔗 Toen heel zijn hofhouding aanwezig was, begon de hertog te spreken.
kortega marŝalo
(verkering; vrijage; vrijerij)
🔗 Ik denk dat ik een hofmeester aan het schip zal moeten toevoegen.
kortega predikisto
reĝa restadejo
(boerderij; boerenhoeve; hoeve) ()
🔗 Ik meen wel gehoord te hebben dat hij in deze omstreken een fraaie hofstede bezat.
kortega lingvo
🔗 In welk van de door u bezochte landen hebt gij die hoofse taal geleerd?
(tuinier; tuinman)
(begraafplaats) ()
🔗 Bij de uitgang van het kerkhof hield ik hem tegen.
🔗 Gewone lieden kwamen op het kerkhof terecht.
(voorplein)
🔗 Dit huis had eerder het voorkomen ener kleine hofstede dan ener herberg; want op de open voorhof, ter zijde van de gevel, lag een brede mesthoop, met kakelende hennen, en daarachter, binnen de stal, kon men in de halve duisternis twee koeien zien herkauwen.