Woordenboek Nederlands–Esperanto

Esperanto‐vertaling van het Nederlandse woord ding

Nederlands → Esperanto
  
NederlandsEsperanto
(zaak)
🔗 Maar één ding wist hij nu al.
(object; voorwerp)
🔗 En weet ge wat van dit ding?
()
(voorwerp)
🔗 Hoe komt dat ding nou hier?
()
(afdingen; afpingelen; marchanderen; pingelen; sjacheren)