Woordenboek Nederlands–Esperanto

Esperanto‐vertaling van het Nederlandse woord bevoelen

Nederlands → Esperanto
  
NederlandsEsperanto
(betasten; tasten; voelen; frutselen; morrelen aan)
🔗 Jack bevoelde het verband om zijn gezicht.
(betasten; bevoelen; tasten; frutselen; morrelen aan)
🔗 Rustig begon ze mij af te trekken, en mijn handen gingen naar haar borsten en ik begon wat te voelen.
(aanvoelen; gevoelen; gewaarworden)
🔗 Er kwam rook in Bilbo’s ogen en hij kon de hitte van de vlammen voelen.
🔗 Ze voelde angst noch paniek, alleen maar een enorme nieuwsgierigheid en een vage ergernis.