Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord tehuis

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
tehuis
(thuis)
old people’s home
🔗 Het ware lui die ze vandaag de dag in een bejaardentehuis zouden laten wegkwijnen, maar deze twee konden zich samen nog fijn redden.

NederlandsEngels
tehuis home; hostel; rest
bejaardentehuis home for the aged; old people’s home
kindertehuis children’s home
verpleegtehuis nursing‐home