Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord gesprek

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
(conversatie; onderhoud)
🔗 Verwacht niet te veel van dit gesprek.
converse
🔗 Wanneer zal Scott Mindes in staat zijn weer een gesprek te voeren?
;
🔗 Wiebel Wip wachtte niet tot het telefoongesprek afgelopen was.
tweegesprek
(tweespraak)
twistgesprek
(dispuut; redetwist; twist)
dispute
vraaggesprek
(interview)

NederlandsEngels
gesprek call; colloquy; communication; conversation; converse; dialogue; discourse; interlocution; talk
aanknopingspunt voor een gesprek starting‐point for a conversation
een gesprek aanknopen met enter into conversation with
een gesprek voeren hold a conversation; have a conversation; have a talk
het gesprek brengen op lead the conversation to the subject of
het gesprek van de dag the talk of the town
in gesprek geraken get into conversation
onderwerp van gesprek talking‐point
beoordelingsgesprek appraisal interview
functioneringsgesprek performance appraisal interview
gespreksgroep discussion group
gespreksleider discussion leader
gespreksstof conversation; things to talk about; amount to discuss; something to talk about
ingesprektoon engaged signal; busy signal
persgesprek interview
stadsgesprek local call
tafelgesprek table‐talk
telefoongesprek call; phone call; telephone call; conversation over the telephone; telephone conversation
tweegesprek duologue
twistgesprek ding‐dong; dispute; disputation
vraaggesprek interview