Engels–Nederlands woordenboek
Nederlandse vertaling van het Engelse woord unseasonable
Engels | Nederlands |
---|---|
unseasonable | ⇆ misplaatst; ⇆ niet bij de tijd van het jaar horend; ⇆ ongelegen; ⇆ ontijdig |
at an unseasonable hour | ⇆ op een ongelegen uur |
at unseasonable hours | ⇆ bij nacht en ontij |
seasonable | ⇆ gelegen; ⇆ geschikt; ⇆ te rechter tijd; ⇆ tijdig; ⇆ van pas komend |