Engels–Nederlands woordenboek
Nederlandse vertaling van het Engelse woord shirk
Engels | Nederlands (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
shirk (avoid; evade; elude; circumvent; sidestep; steer clear of; avert; bilk) | ||
shirking |
Engels | Nederlands |
---|---|
shirk | ⇆ lijntrekken; ⇆ ontduiken; ⇆ ontwijken; ⇆ verzuimen; ⇆ zich onttrekken aan |
shirk the difficulty | ⇆ zich er met een Jantje van Leiden vanaf maken |
shirker | ⇆ lijntrekker; ⇆ plantrekker |
shirking | ⇆ lijntrekkerij; ⇆ plantrekkerij |