Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord king

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
🔗 You don’t vote for kings.
;
good king Henry
(poor man’s asparagus; perennial goosefoot; Lincolnshire spinach; English mercury; mercury goosefoot)
go to king
(crown a man)
een dam halen
king begonia
(painted begonia; painted leaf begonia; rex begonia)
reĝa begonio
king scallop
(great scallop; Saint James shell)
grote mantel
granda pekteno
king’s cure‐all
(common evening‐primrose; hogweed)
;
king’s daughter
(princess)
king’s son
(prince)
kingcup
(marsh‐marigold)
kingcup
(marsh‐marigold)
gewone dotterbloem
(realm)
🔗 I built this kingdom up from nothing.
(state)
🔗 Botanical divisions within the plant kingdom are based on each plant’s method of reproduction.
(opah; moon‐fish; sun‐fish)
kingfisher
(halcyon)
geniptero
kingly
(regal; royal)
(boss; chief; leader; headman; head)
🔗 An image of the event showed the kingpin posing in front of what appears to be a birthday cake.
kingship
(royalty)

EngelsNederlands
king dam; heer; koning; vorst
a king’s ransom een kapitaal
good king Henry brave hendrik
go to king een dam halen
king begonia koningsbegonia
king of beasts koning der dieren; leeuw
king of gods oppergod
king of hearts hartenheer
king scallop grote mantel
king’s cure‐all gewone teunisbloem; middelste teunisbloem
king’s daughter koningsdochter
king’s son koningszoon
king’s speech troonrede
murder the King’s English het Engels radbraken
the king looseth his right where naught is to be had waar niets is, verliest de keizer zijn recht
the King’s highway de openbare weg
the King’s peace de openbare orde
king‐at‐arms wapenkoning
kingbolt fuseepen; hoofdbout
kingcup boterbloem; dotterbloem; gewone dotterbloem
kingdom koninkrijk; rijk
kingfish koningsvis
kingfisher ijsvogel
kinglet koninkje
kinglike koninklijk
kingling koninkje
kingly koninklijk
kingpin fuseepen; hoofdbout; hoofdfiguur; koning; leider; spil
kingship koningschap
king‐size extra groot
king‐stadtholder koning‐stadhouder
under‐king onderkoning