Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord bubble

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
bubble
(bladder)

EngelsNederlands
bubble bedotten; bel; blaas; blaasje; bobbel; bobbelen; borrelen; bruisen; luchtbel; murmelen; overvloeien; pruttelen; zeepbel; zwendelarij
air bubble luchtbel
bubble and squeak <soort hutspot>
bubble bath bubbelbad; schuimbad
bubble gum kauwgom; kauwgum; klapkauwgom; klapkauwgum
bubble memory bellengeheugen
bubble over overkoken; overvloeien van levenslust
bubble up opborrelen; opbruisen
bubble with overvloeien van
snot bubble snottebel
bubble‐company zwendelmaatschappij
bubbling geborrel
soap‐bubble zeepbel