Afrikaans–Engelse woordeboek

Engelse vertaling van die Afrikaanse woord kruis

Engels/Afrikaans
Afrikaans → Engels
  
AfrikaansEngels (onregstreeks vertaal)Esperanto
🔗 ’n Kruis staan agter die altaar.
cross‐bow
hybridization
🔗 Waar verskillende spesies saam in die veld voorkom en saam blom, vind natuurlike kruisings dikwels plaas.
🔗 Die tydperk van die Middelhoogduitse taal begin omtrent 1100 in die tyd van die kruistogte en eindig met die reformasie omtrent 1500.

AfrikaansEngels
kruis⇆ criss‐cross; ⇆ cross; ⇆ crossbreed; ⇆ croup; ⇆ crucify; ⇆ crupper; ⇆ crux; ⇆ decussate; ⇆ fork; ⇆ grade; ⇆ hybridize; ⇆ interbreed; ⇆ quarters; ⇆ rump; ⇆ sharp; ⇆ small; ⇆ small of the back; ⇆ thwart
die degen kruis met⇆ measure swords with
geen kroon sonder kruis nie⇆ no cross, no crown
kruis of munt⇆ heads or tails
’n kruis slaan⇆ cross; ⇆ cross oneself
’n tjek kruis⇆ cross a cheque
borskruis⇆ pectoral cross
deurkruis⇆ cross; ⇆ intersect; ⇆ scour; ⇆ traverse
draaikruis⇆ moulinet; ⇆ tourniquet
dubbelkruis⇆ double‐sharp
dwarsbeuk⇆ transept
erekruis⇆ cross of merit
gekruis⇆ criss‐cross; ⇆ crossed
hakekruis⇆ fylfot; ⇆ swastika
hangkruis⇆ goose‐rump
huiskruis⇆ domestic nuisance
kruisafname⇆ deposition
kruisarm⇆ limb
kruisbalans⇆ cross‐balance
kruisbalanseer⇆ cross‐balance
kruisbalk⇆ cross‐beam
kruisbalkie⇆ T‐piece
kruisbeeld⇆ rood
kruisbeen⇆ sacral bone
kruisbeens⇆ cross‐legged
kruisbek⇆ crossbill
kruisbereik⇆ cruising‐range
kruisbessie⇆ four‐corners
kruisbestuiwing⇆ allogamy; ⇆ cross‐fertilization
kruisbevrugting⇆ xenogamy
kruisblom⇆ finial; ⇆ milkwort
kruisblommig⇆ cruciferous
kruisbolletjie⇆ hot cross‐bun
kruisboog⇆ arbalest; ⇆ arblast; ⇆ cross‐bow; ⇆ diagonal‐arch; ⇆ ogive
kruisdood⇆ crucifixion
kruisdraad⇆ hairline; ⇆ reticle; ⇆ spider‐line
kruisdrade⇆ cross wires
kruisdraend⇆ cruciferous
kruisdraer⇆ cross‐bearer
kruiser⇆ cruiser
kruisgalery⇆ roodloft
kruishoogte⇆ cruising‐level
kruishout⇆ carpenter’s gauge; ⇆ marking‐gauge; ⇆ kevel; ⇆ shifting‐gauge; ⇆ thumb‐gauge
kruisie⇆ crosslet; ⇆ dagger; ⇆ mark; ⇆ tick
kruisig⇆ crucify
kruising⇆ chiasmus; ⇆ criss‐cross; ⇆ cross; ⇆ crossing; ⇆ decussation; ⇆ hybrid; ⇆ grade; ⇆ intersection; ⇆ hybridism; ⇆ hybridization; ⇆ quarter‐strain
kruisklets⇆ crosstalk
kruisknoop⇆ reef‐knot
kruiskop⇆ cross head
kruiskoppelaar⇆ universal; ⇆ universal joint
kruiskruid⇆ ragwort
kruislings⇆ crosswise
kruisloper⇆ crab
kruisnok⇆ fly‐hip
kruisoptelling⇆ cross‐cast
kruispad⇆ crossing
kruispunt⇆ intersection; ⇆ junction
kruisraam⇆ Gothic window
kruisras⇆ cross; ⇆ crossbreed
kruisrib⇆ diagonal rib
kruisriem⇆ loin‐strap
kruisskoot⇆ cross shot
kruisskyf⇆ rump steak
kruissnelheid⇆ cruising‐speed
kruisspoed⇆ cruising‐speed
kruissteek⇆ cross‐stitch
kruisstuk⇆ chump; ⇆ crossing; ⇆ rump; ⇆ rump cutlet; ⇆ rump steak
kruisteel⇆ interbreed
kruistog⇆ crusade
kruisuitwykspoor⇆ crossing‐loop
kruisvaart⇆ cruise; ⇆ crusade
kruisverhoor⇆ cross‐examination
kruisvervoer⇆ cross‐haulage
kruisverwysing⇆ cross reference
kruisvlug⇆ cruise
kruisvormig⇆ crucial; ⇆ cruciate; ⇆ cruciform
kruisvra⇆ catechize; ⇆ cross‐examine; ⇆ cross‐question
kruisvraag⇆ cross‐question
kruisvuur⇆ crossfire
kruisweg⇆ crossway
kruiswerk⇆ cradling
lamkruis⇆ sway‐back
Malteserkruis⇆ Maltese cross
oorkruis⇆ across; ⇆ crosswise; ⇆ decussate; ⇆ traverse
ysterkruis⇆ iron cross