English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word worry about

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(agitate; alarm; disturb; perturb; ruffle; trouble; unsettle; upset); ;
(be anxious; fret; become restive)
zich bezorgd maken
maltrankviliĝi
🔗 Why do you worry about colour so?
(vex; annoy; distress; aggravate; irk);

EnglishDutch
worry about ongerust zijn over; tobben over; zich bezorgd maken over; zich druk maken om; zich druk maken over; zich kopzorgen maken over; zich ongerust maken over
worry beslommering; bezorgdheid; getob; hoofdbreken; hoofdbrekens; kopzorg; mieren; muizenest; ongerust zijn; ongerustheid; piekeren; soesa; tobben; zich bezorgd maken; zich druk maken; zich kopzorgen maken; zich ongerust maken; zich te sappel maken; zich zorgen maken