English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word summon up one’s courage

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
courage
(boldness; bravery; daring; valour; gallantry; prowess)
courage
summon
(instruct; notify)
ordoni skribe
summon
(call)
summon
(appeal to; invoke; call; hail)
summon
(convoke; call; convene)
kunvoki
summon
(subpoena)
; ;
(send for)
🔗 It was enough that he had been summoned.

EnglishDutch
summon up one’s courage zich vermannen; zijn moed verzamelen
courage kloekheid; kloekmoedigheid; lef; manhaftigheid; manmoedigheid; moed; stoutmoedigheid
summon aanschrijven; bekeuren; bijeenroepen; citeren; dagen; dagvaarden; ontbieden; oproepen; roepen; sommeren; voor het gerecht dagen