English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word operating

English	Dutch (translated indirectly)	Esperanto
operate (control; work; enable; implement; actuate)	bedienen	funkciigi
operate (process)	opereren	operacii
operate	opereren	operacii
operate	werken	funkcii
🔗 The Ukrainian air force has continued to operate despite Russian air superiority.
operating system	besturingssysteem	mastruma sistemo
🔗 PHP runs on all major operating systems, from Unix variants including Linux, FreeBSD and Solaris to such diverse platforms as Windows and Mac OS X.

English	Dutch
operating	⇆ bedrijfs‐; ⇆ functionerend; ⇆ in werking; ⇆ werkend
operating costs	⇆ exploitatiekosten
operating results	⇆ bedrijfsresultaat
operating system	⇆ besturingssysteem
operating table	⇆ operatietafel
operate	⇆ bedienen; ⇆ behandelen; ⇆ besturen; ⇆ bewerken; ⇆ drijven; ⇆ een operatie doen; ⇆ een operatie uitvoeren; ⇆ exploiteren; ⇆ in beweging brengen; ⇆ leiden; ⇆ opereren; ⇆ ten gevolge hebben; ⇆ teweegbrengen; ⇆ uitwerking hebben; ⇆ van kracht zijn; ⇆ werken; ⇆ werken met
operating‐expenses	⇆ bedrijfskosten; ⇆ exploitatiekosten
operating‐room	⇆ operatiekamer; ⇆ operatiezaal
operating‐theatre	⇆ operatiekamer; ⇆ operatiezaal