English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word muscle

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
🔗 Soon he was back to stumbling forward, trying to ignore hunger and aching muscles.
muscular
spier‐
muskola
musculature

EnglishDutch
muscle kracht; macht; spier; spierkracht
gastrocnemius muscle kuitspier
heart muscle hartspier
lingual muscle tongspier
masticatory muscle kauwspier
motory muscle trekspier
muscle bound stijf
muscle fibre spiervezel
muscle in on inbreuk maken op; zich indringen bij
not move a muscle geen spier vertrekken; geen vin verroeren
pectoral muscle borstspier
thigh muscle dijspier
without changing a muscle zonder een spier te verroeren
muscular gespierd; spier‐
musculature spierstelsel