English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word fuck

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(screw; shag; bang; shaft); ; ;
een beurt geven
(make love)
seks bedrijven
; ; ;

EnglishDutch
fuck bonken; een beurt geven; een nummertje maken; ketsen; kezen; kieren; naaien; neuken; neukpartij; palen; poepen; rampetampen; seksen; soppen; wippen
fuck about aanrotzooien; rondklooien
fuck around aanklooien; aanrotzooien
fuck it! krijg de klere!; sodemieter op!
fuck off oplazeren; opsodemieteren
fuck somebody about iemand met kutsmoezen aan het lijntje houden
fuck up naar de sodemieter helpen; naar de verdommenis helpen; opfokken; verpesten
fuck you! krijg de klere!; sodemieter op!
go fuck yourself! krijg de klere!; sodemieter op!
I don’t give a fuck het kan me geen donder schelen
she’s a good fuck je kan lekker met haar neuken
fucker klootzak; lul
fucking klere‐; klote‐; kut‐