English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word enfranchisement

English → Dutch
  
EnglishDutch
enfranchisement bevrijding; verlening van burgerrecht; verlening van kiesrecht; vertegenwoordiging in het parlement; vrijlating
disenfranchisement ontneming van het kiesrecht; ontneming van zijn voorrechten
enfranchise bevrijden; burgerrecht geven; een vertegenwoordiger in het parlement geven; kiesrecht geven; vrijlaten