English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word brush

Dutch/English
English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
;
🔗 Her hair was brushed till it shone.
(touch upon; skim); ;
ektuŝi
(paintbrush);
🔗 Then he gave his brush another gentle sweep, and surveyed the result as before.
(brushwood; scrub)
bottle brush
botelbroso
toilet brush
;
WC‐borstel
neceseja broso
verfspuit
brushwood
(brush; scrub)
brushwood
(copse; coppice; shrubs; bushes; scrub; underwood; undergrowth; underbrush; brake)
dishwashing‐brush
nail‐brush
paintbrush
(brush)
scrubbing‐brush
;
schrobber
shaving‐brush
scheerkwast
tooth‐brush
(copse; coppice; shrubs; bushes; brushwood; scrub; underwood; undergrowth; brake)
🔗 Behind them, and presently on either side, they heard the crashing of men through the underbrush, and savage yells.

EnglishDutch
brush⇆ aanstrijken; ⇆ aanvaring; ⇆ afborstelen; ⇆ afschuieren; ⇆ afvegen; ⇆ borstel; ⇆ borstelen; ⇆ even aanroeren; ⇆ kloppartij; ⇆ kreupelhout; ⇆ kwast; ⇆ lichte aanraking; ⇆ opborstelen; ⇆ penseel; ⇆ ruigte; ⇆ schermutseling; ⇆ schuier; ⇆ schuieren; ⇆ stoffer; ⇆ streek; ⇆ strijken langs; ⇆ uitborstelen; ⇆ vegen; ⇆ veger; ⇆ vluchtig contact; ⇆ vossestaart; ⇆ wegvoeren
be given the brush off⇆ de kous op de kop krijgen
be tarred with the same brush⇆ elkaar niets te verwijten hebben
bottle brush⇆ flessenborstel
brush and dustpan⇆ stoffer en blik
brush aside⇆ afpoeieren; ⇆ afwimpelen; ⇆ naast zich neerleggen; ⇆ negéren; ⇆ opzij zetten
brush away⇆ aan de kant zetten; ⇆ opzij zetten; ⇆ wegvegen
brush by⇆ rakelings passeren
brush down⇆ afborstelen
brush off⇆ afborstelen; ⇆ afschepen; ⇆ afwegen; ⇆ wegvegen
brush oneself up⇆ zich afborstelen
brush over⇆ aanstrijken
brush past⇆ rakelings gaan langs; ⇆ rakelings passeren; ⇆ scheerlings gaan langs; ⇆ strijkelings gaan langs; ⇆ strijken langs
brush up⇆ opborstelen; ⇆ opfrissen; ⇆ ophalen
brush up one’s knowledge⇆ zijn kennis opfrissen
brush up on one’s …⇆ zijn … bijspijkeren
carbon brush⇆ koolborstel
dustpan and brush⇆ stoffer en blik
give a brush⇆ opborstelen
lavatory brush⇆ closetborstel
pan and brush⇆ stoffer en blik
tarred with the same brush⇆ met hetzelfde sop overgoten
whitewash brush⇆ witkwast
wire brush⇆ staalborstel
airbrush⇆ airbrush; ⇆ met een verfspuit werken; ⇆ verfspuit
brush‐off⇆ afscheping; ⇆ botte weigering
brushwood⇆ kreupelhout; ⇆ onderhout; ⇆ rijs; ⇆ rijshout; ⇆ ruigte; ⇆ struikgewas
clothes‐brush⇆ kleerborstel
crumb‐brush⇆ tafelschuier
dishwashing‐brush⇆ afwasborstel
feather‐brush⇆ plumeau
glue‐brush⇆ lijmkwast
hairbrush⇆ haarborstel
hat‐brush⇆ hoedeborstel
lime‐brush⇆ witkwast
nail‐brush⇆ nagelborstel
paintbrush⇆ penseel; ⇆ schilderskwast; ⇆ verfkwast
paste‐brush⇆ stijfselkwast
scrubbing‐brush⇆ boender; ⇆ luiwagen; ⇆ schrobber
shaving‐brush⇆ scheerkwast
shoebrush⇆ schoenborstel
table‐brush⇆ tafelschuier
tar‐brush⇆ teerkwast
tooth‐brush⇆ tandenborstel
underbrush⇆ kreupelhout