English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word admission

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(admittance; allowance)
toelating
(admittance; entrance; entry);
(admission fee);
(confession; concession);
(admittance)
(acknowledgement; acceptance; concession; recognition)
🔗 The admission came in a statement read on state TV on Saturday morning.
admission ticket
;
toegangsbewijs
(concede; grant)
(allow; permit; accept);
lasi eniri
; ;
enlasi
🔗 Jubal was admitted.
tralasi
(hold; contain); ; ;
enteni
(acknowledge; recognize; concede; avow)
(confess; acknowledge; concede; plead guilty); ;
🔗 On Thursday, Trump admitted he hadn’t told the Europeans what was coming.

EnglishDutch
admission aanneming; bekentenis; entree; entreegeld; erkenning; erkentenis; opneming; toegang; toegangsprijs; toegeving; toelating
admission ticket entreebiljet; entreekaartje; toegangsbewijs; toegangsbiljet; toegangskaart
admit aannemen; bekennen; binnenlaten; erkennen; geldig zijn voor; inlaten; ontvankelijk verklaren; opnemen; plaats bieden aan; toegang verlenen; toegeven; toelaten
readmission wedertoelating