English–Afrikaans dictionary

Afrikaans translation of the English word broken

English → Afrikaans
  
EnglishAfrikaans (translated indirectly)Esperanto
broken
(out of order; flawed; imperfect; injurious)
(interrupt; disrupt; stop; cut off)
(crack)
(crack)
(intermission; pause; recess; interlude; lull; respite; interval)
(contravene; ignore; infringe; violate);
🔗 Ministers of his own government have admitted it would break international law.
(damage; injure; spoil; harm; hurt; impair; mutilate; vitiate)

EnglishAfrikaans
broken af; gebreek; gebroke; geknak; moedeloos; morsaf; ongesteld; stukkend; touwys; verslae
be broken off afraak; uitraak
broken colours saamgestelde kleure
broken country rantjiesveld
broken ground gebroke terrein; ongelyke grond
broken line gebroke lyn
broken meat oorskietvleis
broken money kleingeld
broken number breukgetal
broken sleep versteurde slaap
broken soil weggevrete grond
broken tea fyn tee
broken water onstuimige water
broken weather onsekere weer
he is a broken reed jy kan nie op hom staatmaak
break aanbreek; afbrekingsteken; afrig; afskeiding; bankrot laat raak; bankrot laat word; bot; breek; breekslag; breuk; daal; deurslaan; fnuik; geleidelik meedeel; hom voordoen aan; kleinmaak; leemte; leer; onderbreking; oorgang; ophou; pouse; rus; serie; skeur; steuring; uitbars; uitput; verbreek; verbreking; vernietig; versteur; verstoor; wissel
broken‐down gebroke; ingestort; terneergeslae
brokenhearted baie treurig; hartseer; indroewig; met ’n gebroke hart; neergedruk
heart‐broken met ’n gebroke hart; ontroosbaar
unbroken heel; onafgebroke; ongetem; ononderbroke; onverbroke