Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word verdedigen

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(opkomen voor)
🔗 Wij hebben nauwelijks voldoende mannen om het kasteel te verdedigen.
🔗 Ik zou je voor geen goud willen verdedigen, Folke.
(zich verweren)
🔗 Wanhopig verdedigde hij zich.
verdedigbaar
(houdbaar)
defensible
(pleitbezorger)
defender
🔗 „Een hond van een Jood,” galmde de tempelier, „bij een verdediger van het heilig graf?”
goalkeeper
🔗 De Uruguayaanse verdediger nam zondagavond afscheid na de laatste competitiewedstrijd van het seizoen met de Argentijnse club Vélez Sarsfield.

DutchEnglish
verdedigen advocate; champion; defend; fence; fend; justify; keep; maintain; stand up for; uphold
zich met hand en tand verdedigen fight tooth and nail
zich verdedigen plead; defend oneself
uitverdedigen play it out
verdedigbaar defensible; justifiable; maintainable; tenable; warrantable
verdediger advocate; apologist; counsel for the defence; defender; defending counsel; justifier; maintainer; supporter; upholder; vindicator; counsel for the defendant