Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word tergen

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
incitegi
🔗 Allen moeten aanwezig zijn, want ik ben een getergd man!
(provoceren; tarten; uitdagen; uittarten)
provoke
🔗 Ogenblikkelijk begon Tarzan de grote leeuw dan ook te tergen.

DutchEnglish
tergen aggravate; anger; irritate; provoke; tease; torment
tergend exasperating; provocative; provoking; irritating; aggravating