Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word steenbreek

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
saxifrage
;
refract
refrakti
(dóórbreken; stukbreken; verbreken);
🔗 Hij brak de stok in tweeën en gooide de stukken op het vuur.
(afbreken; knappen; stukgaan);
🔗 De deur brak in stukken.
(breuk)
(breuk; fractuur; verbreking);
breaking
refract
refraktiĝi
🔗 We zouden niet willen dat u een been brak.
meadow saxifrage
grajna saksifrago
(baksteen; tichel)
🔗 Reith gooide een steen door de poort.
🔗 Aan de andere kant ervan lag een grote stad van steen waarvan een groot gedeelte was aangetast door de tijd.
🔗 Er is altijd wel een of andere miljonair te vinden die de steen clandestien wil kopen.
🔗 Te oordelen naar het geluid dat het wezen maakte, bestond het nog steeds uit steen, zij het dan levende steen.

DutchEnglish
steenbreek rockfoil; saxifrage
breken smash; smash up; break; break up; breakage; burst; crack; craze; cushion; fracture; knap; part; pry; refract; rupture; sever
steen brick; stone