Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word permitteren

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(gedogen; toelaten; toestaan; vergunnen; veroorloven)
🔗 Is het gepermitteerd?
permesi al si
🔗 Ze had ten minste twee dagen rust nodig, maar meer kon ze zich niet permitteren.

DutchEnglish
permitteren permit
zich iets kunnen permitteren be able to afford something
zich permitteren indulge in; permit oneself
ongepermitteerd not permitted