Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word overwegend

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
🔗 Wel hadden ze overwegend moeten laveren tegen een aanhoudende noordoostenwind in, zodat er drie weken waren verstreken in plaats van twee.
(nawegen)
weigh again
repesi
(beschouwen; nagaan);
ponder
🔗 Ze staarde in de ruimte en overwoog haar positie.

DutchEnglish
overwegend on the whole; paramount; predominantly; preponderant
óverwegen weigh again; reweigh
overwégen advise; consider; deliberate; envisage; envision; think out; think over; perpend; ponder; reflect on; see about; weigh; contemplate