Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word huidziekte
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(dierevel; pels; vacht; vel) | ; ; ; | |
🔗 Hun kledij was gemaakt van de huiden van vogels en het dorp scheen maar weinig beschaafde gemakken te bieden te hebben. | ||
(vel) | ; | |
🔗 Hij nam haar in zijn armen en liep zo naar buiten, zich bewust van de warmte van haar huid en de zachtheid van haar soepele jonge lichaam tegen het zijne. | ||
(dermatologie) | dermatology | |
disease ; ; sickness | ||
🔗 En tegen brand en ziekte is hij ook verzekerd! | ||
(kwaal) | ; ; |
Dutch | English |
---|---|
huidziekte | ⇆ skin disease |
huid | ⇆ coat; ⇆ fell; ⇆ hide; ⇆ pelt; ⇆ skin |
ziekte | ⇆ ailment; ⇆ blight; ⇆ disease; ⇆ distemper; ⇆ ill‐health; ⇆ illness; ⇆ malady; ⇆ sickness |