Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word gabber

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(kameraad; kornuit; maat; makker)
🔗 Na een laatste minachtende blik op Tonia verdween Matje in een zijstraat met het voornemen zijn gabber nooit meer aan te kijken.

DutchEnglish
gabber bloke; guy; mate; pal