Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word bureaustoel
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
🔗 Tine zuchtte diep, schoof de bureaustoel achteruit en liep vervolgens naar de deur. | ||
(bureel; kantoor) | ; | |
🔗 Meneer Blokhuijs is in zijn bureau. | ||
(schrijfbureau; schrijftafel) | ||
🔗 De hond ging onder het bureau liggen. | ||
(kantoor) | ||
🔗 Hij voegde de daad bij het woord en even later stapte hij het bureau van de politiechef binnen. | ||
(agentschap) | ||
🔗 Zo, en welk bureau was dat dan wel? | ||
(zetel) | ; | |
🔗 Neem een stoel en ga zitten. |
Dutch | English |
---|---|
bureaustoel | ⇆ desk‐chair; ⇆ office chair |
bureau | ⇆ agency; ⇆ bureau; ⇆ desk; ⇆ office; ⇆ station; ⇆ writing‐table |
stoel | ⇆ chair; ⇆ seat; ⇆ stool |