Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word besluiteloos
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
irresolute ; undecided ; indecisive | ||
🔗 Hij keek besluiteloos de kamer rond. | ||
(beslissing) | ||
🔗 Haar besluit stond onherroepelijk vast. | ||
(decreet) | ||
(beëindiging; eind; einde; end; afsluiting) | ; ending ; conclusion ; termination | |
(wankelmoedigheid) | indecision ; infirmity of purpose ; irresolution | |
🔗 Maar aan haar besluiteloosheid kwam plotseling een eind. |
Dutch | English |
---|---|
besluiteloos | ⇆ double‐minded; ⇆ indecisive; ⇆ indeterminate; ⇆ irresolute; ⇆ undecided; ⇆ unready; ⇆ unresolved |
besluit | ⇆ close; ⇆ conclusion; ⇆ decision; ⇆ decree; ⇆ determination; ⇆ end; ⇆ ending; ⇆ fiat; ⇆ resolution; ⇆ resolve; ⇆ wind‐up; ⇆ termination |
besluiteloosheid | ⇆ dilly‐dally; ⇆ indecision; ⇆ infirmity of purpose; ⇆ irresolution; ⇆ indetermination |