Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word afscheren

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
shave
;
shave off
derazi
skim
pasi preskaŭtuŝe
🔗 Boven hun hoofden scheerden de adelaars.
shave
🔗 Hij ging naar de kapper in het aangrenzende gebouw, liet zich scheren en stak toen de straat over om te gaan ontbijten.
(knippen);
shear
warp
varpi

DutchEnglish
afscheren shave; shave off; shear; shear off
scheren barb; clip; fleece; shave; shaving; shear; shoot; skim; reeve; warp