Informatie over het woord pilaar (Nederlands → Esperanto: kolono)

Synoniemen: kolom, zuil

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/piˈlaːr/
Afbrekingpi·laar

Voorbeelden van gebruik

Tom Poes maakte daarvan gebruik door zich haastig achter een pilaar terug te trekken.
Als zijn rug naar ons toegekeerd is, loop ik naar de volgende pilaar, en jij komt achter me aan.
In één vertrek stonden zeven pilaren van zuiver goud, in een ander was de vloer zelf van het kostbare metaal gemaakt.
Dat deed Tonia ook op een plek achter een pilaar.

Vertalingen

Albaneesshtyllë
Catalaanscolumna
Deenskolonne
DuitsSäule
Engelspillar
Esperantokolono
Faeröersstakkur; steyri; súla; teigur
Finspylväs
Franscolonne; pilier
SaterfriesSpalte; Suule
Spaanscolumna
Tsjechischrubrika; sloupec
Zweedspelare; spalt