Informatie over het woord speelhol (Nederlands → Esperanto: hazardludejo)

Synoniemen: speelbank, speelhuis, goktent

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈspelɦɔl/
Afbrekingspeel·hol

Voorbeelden van gebruik

Zou hij weer naar zijn speelhol gaan?

Vertalingen

Esperantohazardludejo