Informatie over het woord geschenk (Nederlands → Esperanto: donaco)

Synoniemen: cadeau, donatie, gift, schenking, gave

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ɣəˈsxɛŋk/
Afbrekingge·schenk
Geslachtonzijdig
Meervoudgeschenken

Verkleinwoord
EnkelvoudMeervoud
geschenkjegeschenkjes

Voorbeelden van gebruik

Je krijgt een mooi geschenk van me, omdat je niets hebben wilt.
Die zal blij zijn met een geschenk.
Men zou met recht kunnen aanvoeren dat de hond gemeend had dat de worst een geschenk was.
Ik ben niet gekomen voor geschenken.

Vertalingen

Afrikaansgeskenk
Catalaansregal
Deensgave
DuitsAngebinde; Gabe; Geschenk; Spende; Vermächtnis
Engelsgift; present
Engels (Oudengels)gift
Esperantodonaco
Faeröersgáva
Finslahja
Franscadeau; don
IJslandsgjöf
Italiaansdono; presente; regalo
Latijndonum
Maleispemberian
Noorspresang; gave
Papiamentsopsekio; regaldo
Poolspodarunek
Portugeesbrinde; dádiva; mimo; presente
SaterfriesGeschoank; Geskoank; Goawe; Spände
Schotspraisent
Spaansobsequio; presente; regalo
Srananpresenti
Thaisของขวัญ; ทาน
Turksbağış; armağan
Westerlauwers Frieskado; skinking
Zweedsgåva; present; skänk