Synoniemen: fraai, mooi, net, schoon
Woordsoort | bijvoeglijk naamwoord |
---|
Uitspraak | /knɑp/ |
---|
Afbreking | knap |
---|
Trappen van vergelijking
Stellende trap | knap |
---|
Vergrotende trap | knapper |
---|
Overtreffende trap | knapst |
---|
Verbuiging
| Stellende trap | Vergrotende trap | Overtreffende trap |
---|
Predicatief | knap | knapper | (het) knapst, (het) knapste |
---|
Attributief | Onbepaald | Manlijk en vrouwelijk enkelvoud | knappe | knappere | knapste |
---|
Onzijdig enkelvoud | knap | knapper | knapst |
---|
Meervoud | knappe | knappere | knapste |
---|
Bepaald | knappe | knappere | knapste |
---|
Partitief | knaps | knappers | |
---|
Hij is te knap en te hooghartig.
Ze was heel jong en ook heel knap.
Cyrion, blond, knap en ogenschijnlijk een tikje verveeld, bekeek de ring waarover de jongeman het had.
Van de eens zo knappe garage was niets meer over dan een rokende puinhoop die vormloos in het licht van de ochtendzon lag.