Informatie over het woord brako

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Afbrekingbrak·o

Verbuiging

 EnkelvoudMeervoud
Nominatiefbrakobrakoj
Accusatiefbrakonbrakojn

Vertalingen

Afrikaansarm
Catalaansbraç
Chinook-jargonlima
Deensarm
DuitsArm
Engelsarm
Finskäsivarsi; varsi
Fransbras
Hongaarskar
IJslandshandleggur
Italiaansbraccio
Kabylischiɣil
Nederduitsarm
Nederlandsarm
Papiamentsbrasa
Portugeesbraço
Roemeensbraț
Russischрука
SaterfriesBeen; Ierm
Schotsairm
Spaansbrazo
Swahilimkono
Thaisแขน
Turkskol
Westerlauwers Friesearm
Zweedsarm