Informatie over het woord schrijven (Nederlands → Esperanto: skribi)

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈsxrɛi̯və(n)/
Afbrekingschrij·ven

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) schrijf(ik) schreef
(jij) schrijft(jij) schreef
(hij) schrijft(hij) schreef
(wij) schrijven(wij) schreven
(jullie) schrijven(jullie) schreven
(gij) schrijft(gij) schreeft
(zij) schrijven(zij) schreven
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) schrijve(dat ik) schreve
(dat jij) schrijve(dat jij) schreve
(dat hij) schrijve(dat hij) schreve
(dat wij) schrijven(dat wij) schreven
(dat jullie) schrijven(dat jullie) schreven
(dat gij) schrijvet(dat gij) schrevet
(dat zij) schrijven(dat zij) schreven
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
schrijfschrijft
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
schrijvend, schrijvende(hebben) geschreven

Voorbeelden van gebruik

Juffrouw Janssen kon zo mooi schrijven.
De teksten werden met Latijnse letters geschreven, ook al had het Latijn voor bepaalde klanken geen letter beschikbaar.

Vertalingen

Afrikaansskryf
Catalaansescriure
Deensskrive
Duitsschreiben
Engelswrite
Engels (Oudengels)writan
Esperantoskribi
Faeröersskriva
Finskirjoittaa
Fransécrire
Hongaarsír
IJslandsrita; skrifa
Italiaansscrivere
Jamaicaans Creoolsrait
Latijnscribere
Luxemburgsschreiwen
Nederduitsskryven; skreyven
Noorsskrive
Papiamentsskirbi; skibi
Poolspisać
Portugeesescrever
Roemeensscrie
Russischписать
Saterfriesskrieuwe
Schotswrite
Schots-Gaelischsgrìobh
Spaansescribir
Srananskrifi
Swahili‐andika
Thaisเขียนหนังสือ; เขียน
Tsjechischnapsat; psát
Turksyazmak
Welsysgrifennu
Westerlauwers Friesskriuwe
Zweedsskriva