Informatie over het woord vertoeven (Nederlands → Esperanto: restadi)

Synoniemen: plakken, resideren, verblijf houden, verwijlen, wijlen

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/vərˈtuvə(n)/
Afbrekingver·toe·ven

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) vertoef(ik) vertoefde
(jij) vertoeft(jij) vertoefde
(hij) vertoeft(hij) vertoefde
(wij) vertoeven(wij) vertoefden
(jullie) vertoeven(jullie) vertoefden
(gij) vertoeft(gij) vertoefdet
(zij) vertoeven(zij) vertoefden
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) vertoeve(dat ik) vertoefde
(dat jij) vertoeve(dat jij) vertoefde
(dat hij) vertoeve(dat hij) vertoefde
(dat wij) vertoeven(dat wij) vertoefden
(dat jullie) vertoeven(dat jullie) vertoefden
(dat gij) vertoevet(dat gij) vertoefdet
(dat zij) vertoeven(dat zij) vertoefden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
vertoefvertoeft
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
vertoevend, vertoevende(hebben) vertoefd

Voorbeelden van gebruik

Te Sjanghai vertoeven ongeveer 200 Nederlanders en 250 niet‐Europese Nederlandse onderdanen, merendeels Chinezen.
Inspecteur Neeles gedachten vertoefden bij de kleine, elegante schrijftafel in die kamer.
Wij hadden elkaar in geen jaren gezien, maar enige tijd geleden, toen ik in een geheel ander deel van het land vertoefde, had mij een brief van hem bereikt, zo opgewonden en dringend dat ik niet anders kon doen dan zelf naar hem toe gaan.

Vertalingen

Duitsweilen; verweilen
Engelsstay; abide; sojourn
Esperantorestadi
Fransdemeurer
Poolsprzebywać
Saterfrieswielje