Informo pri la vorto opzwellen (nederlanda → esperanto: pufiĝi)

Sinonimoj: poffen, bollen

Vortspecoverbo
Prononco/ˈɔpsʋɛlə(n)/
Dividoop·zwel·len

Konjugacio

Indikativo
PrezencoPreterito
(ik) zwel op(ik) zwol op
(jij) zwelt op(jij) zwol op
(hij) zwelt op(hij) zwol op
(wij) zwellen op(wij) zwollen op
(jullie) zwellen op(jullie) zwollen op
(gij) zwelt op(gij) zwolt op
(zij) zwellen op(zij) zwollen op
Subjunktivo
PrezencoPreterito
(dat ik) opzwelle(dat ik) opzwolle
(dat jij) opzwelle(dat jij) opzwolle
(dat hij) opzwelle(dat hij) opzwolle
(dat wij) opzwellen(dat wij) opzwollen
(dat jullie) opzwellen(dat jullie) opzwollen
(dat gij) opzwellet(dat gij) opzwollet
(dat zij) opzwellen(dat zij) opzwollen
Imperativo
Singularo/PluraloPluralo
zwel opzwelt op
Participoj
Prezenca participoPreterita participo
opzwellend, opzwellende(zijn) opgezwollen

Tradukoj

anglapuff up
esperantopufiĝi
portugalatornar‐se tumefacto