Informatie over het woord bromfietser (Nederlands → Esperanto: mopedisto)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈbrɔmfitsər/
Afbrekingbrom·fiet·ser
Geslachtmanlijk
Meervoudbromfietsers

Voorbeelden van gebruik

De 26‐jarige bromfietser, die door de politie als veroorzaker werd aangeduid van de fatale botsing, is de negende verkeersdode van dit jaar.
Moet u de bromfietser voor laten gaan?

Vertalingen

Engelsmoped rider
Esperantomopedisto
Spaansciclista a motor