Informatie over het woord need (Engels → Esperanto: devi)

Synoniemen: must, ought to, should, be obliged to, be obliged, have to, be to

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/niːd/
Afbrekingneed
Shaw‐alfabet𐑯𐑰𐑛

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(I) need(I) needed
(thou) needest(thou) neededst, needst
(he) needs, needeth, need (in negative & interrogative sentences)(he) needed
(we) need(we) needed
(you) need(you) needed
(they) need(they) needed
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(I) need (I) needed
(thou) need(thou) needed
(he) need(he) needed
(we) need(we) needed
(you) need(you) needed
(they) need(they) needed
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
needingneeded

Voorbeelden van gebruik

Need I mention the person’s name?

Vertalingen

Afrikaansmoet
Catalaanshaver de
Deensmåtte; skulle
Duitsmüssen
Engels (Oudengels)sculan
Esperantodevi
Faeröersnoyðast; skula
Finstäytyä
Fransavoir à; devoir; être obligé
Hongaarskell; kötelező; muszáj
Jamaicaans Creoolsafi
Kabylischssefk
Luxemburgsmissen
Maleisharus
Nederduitsmöäten
Nederlandsmoeten
Papiamentsmester
Poolsmusieć
Portugeesdever; ter a obrigação; ter de; ter que
Russisch<должен>
Saterfriesmoute; skälle
Schotsmaun; hae tae
Spaansdeber; tener que
Srananabi fu; musu
Thaisควร; ต้อง; พึง
Westerlauwers Friesmoatte
Zweedsböra; må; måste