Informatie over het woord radiko

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Afbrekingra·dik·o

Verbuiging

 EnkelvoudMeervoud
Nominatiefradikoradikoj
Accusatiefradikonradikojn

Vertalingen

Afrikaanswortel
Catalaansarrel; rel
Chinook-jargonlalasin
Deensrod
DuitsWurzel
Engelsroot; stem; radix
Faeröersrót
Fransracine
Hawaiaansaʻa; mole; weli
Hongaarsgyökér
IJslandsrót
Jamaicaans Creoolsruut
Jiddischװאָרצל
Kabylischaẓar
Latijnradix
LuxemburgsWuerzel
Maleisakar
Nederlandswortel
Noorsrot
Oekraïensкорінь
Papiamentsrais
Poolsrdzeń; korzeń
Portugeesraiz
Russischкорень
SaterfriesWuttel
Schots-Gaelischfreumh
Spaansraíz
Srananrutu
Swahilimzizi
Thaisราก
Tsjechischkořen; odmocnina
Westerlauwers Frieswoartel
Zweedsrot