Informatie over het woord denote (Engels → Esperanto: indiki)

Synoniemen: indicate, point out, connote

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/dɪˈnəʊ̯t/
Afbrekingde·note
Shaw‐alfabet𐑛𐑦𐑯𐑴𐑑

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(I) denote(I) denoted
(thou) denotest(thou) denotedst
(he) denotes, denoteth(he) denoted
(we) denote(we) denoted
(you) denote(you) denoted
(they) denote(they) denoted
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(I) denote (I) denoted
(thou) denote(thou) denoted
(he) denote(he) denoted
(we) denote(we) denoted
(you) denote(you) denoted
(they) denote(they) denoted
Gebiedende wijs
denote
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
denotingdenoted

Voorbeelden van gebruik

The genitive case denotes possession.
We shall denote the collection of all real numbers by ℝ, and write x ∈ ℝ to denote that x is a real number.

Vertalingen

Catalaansindicar
Deensangive
Duitsandeuten; weisen; anweisen; zeigen; anzeigen; angeben; hinweisen auf; deuten auf; aufweisen
Esperantoindiki
Finsviitata
Fransdésigner; indiquer
Italiaansindicare; mostrare
Nederduitsanwysen
Nederlandsaanduiden; aanwijzen; wijzen op
Papiamentsindiká
Portugeesindicar
Saterfriesantjuude; anwiese; wiese
Spaansindicar; señalar
Sranansori
Thaisชี้; ชี้ให้เห็น
Westerlauwers Friesoantsjutte; oanwize
Zweedsutpeka