Informatie over het woord cel (Nederlands → Esperanto: karcero)

Synoniem: cachot

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/sɛl/
Afbrekingcel
Geslachthistorisch vrouwelijk, tegenwoordig ook manlijk
Meervoudcellen

Verkleinwoord
EnkelvoudMeervoud
celletjecelletjes

Voorbeelden van gebruik

Ik dacht dat ze in een cel zat?
En hoe lang moet hij in de cel blijven?
In de vroege ochtend werd heer Ollie uit zijn cel gehaald en door de commissaris persoonlijk op straat gezet.
Een vijfde volwassen verdachte overleed in zijn cel, waarschijnlijk door zelfmoord.
Albert B., de man die in de jaren negentig twee prostituées in Rotterdam heeft verkracht en vermoord, is veroordeeld tot achttien jaar cel.
Toen zij daar aankwamen, bemerkte hij echter dat hij de sleutels van de cel niet bij zich had.

Vertalingen

Catalaanscalabós
DuitsKarzer; Zelle; Kerker; Verlies; Arrestraum; Gefängnis
Engelscell
Esperantokarcero
Faeröersmyrkastova
Franscachot; prison
Latijncarcer
Portugeescalabouço; cárcere; enxovia
Spaanscalabozo; celda; celda de castigo; ergástula
Zweedscell