Informatie over het woord wegsmelten (Nederlands → Esperanto: forfandiĝi)

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈʋɛxsmɛltə(n)/
Afbrekingweg·smel·ten

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) smelt weg(ik) smolt weg
(jij) smelt weg(jij) smolt weg
(hij) smelt weg(hij) smolt weg
(wij) smelten weg(wij) smolten weg
(jullie) smelten weg(jullie) smolten weg
(gij) smelt weg(gij) smolt weg
(zij) smelten weg(zij) smolten weg
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) wegsmelte(dat ik) wegsmolte
(dat jij) wegsmelte(dat jij) wegsmolte
(dat hij) wegsmelte(dat hij) wegsmolte
(dat wij) wegsmelten(dat wij) wegsmolten
(dat jullie) wegsmelten(dat jullie) wegsmolten
(dat gij) wegsmeltet(dat gij) wegsmoltet
(dat zij) wegsmelten(dat zij) wegsmolten
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
wegsmeltend, wegsmeltende(zijn) weggesmolten

Voorbeelden van gebruik

Na een paar dagen zouden ze wel weggesmolten zijn.
Dit zal je vermoeidheid doen wegsmelten.

Vertalingen

Engelsmelt away
Esperantoforfandiĝi