Informatie over het woord verschieten (Nederlands → Esperanto: fali)

Synoniemen: afvallen, flikkeren, neervallen, vallen, stuiken

Woordsoortwerkwoord

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(hij) verschiet(hij) verschoot
(zij) verschieten(zij) verschoten
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat hij) verschiete(dat hij) verschote
(dat zij) verschieten(dat zij) verschoten
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
verschietend, verschietende(zijn) verschoten

Vertalingen

Afrikaansval
Catalaanscaure
Deensfalde
Duitsfallen; hinfallen
Engelsdrop; fall; lapse
Engels (Oudengels)feallan
Esperantofali
Faeröersfalla
Finspudota
Franss’abattre; tomber
Hongaarsesik
Jamaicaans Creoolsfaal
Jiddischפֿאַלן
Latijncadere
Luxemburgsfalen
Maleisjatuh
Nederduitsvallen
Noorsdette; falle
Papiamentsdal abou; kai
Poolspadać
Portugeescair; desabar; ruir; tombar
Roemeenscădea
Russischпадать
Saterfriesfaale
Schotsfa
Schots-Gaelischtuit
Spaanscaer
Srananfadon
Thaisตก; หกล้ม
Tsjechischklesat; klesnout; padat; padnout; poklesnout; spadnout; upadat; upadnout
Turksdüşmek
Westerlauwers Friesdrippe; falle
Zweedsfalla; ramla