Informatie over het woord Schrank (Duits → Esperanto: ŝranko)

Uitspraak/ʃraŋk/
Woordsoortzelfstandig naamwoord
Geslachtmanlijk

Verbuiging

 EnkelvoudMeervoud
NominatiefSchrankSchränke
GenitiefSchranks, SchrankesSchränke
DatiefSchrank, SchrankeSchränken
AccusatiefSchrankSchränke

Vertalingen

Afrikaanskas
Catalaansarmari
Deensskab
Engelscloset; cupboard
Esperantoŝranko
Faeröersskáp
Finskaappi
Fransarmoire
Hongaarsszekrény
Italiaansarmadio
Jamaicaans Creoolskobad
Latijnarmarium
Nederlandskast; bergkast
Papiamentskashi
Poolsszafa
Portugeesarmário; estante
Russischшкаф
SaterfriesSkap
Schotscupbuird
Schots-Gaelischpreasa
Spaansarmario
Sranankasi
Swahilikabati
Thaisตู้
Tsjechischskříň
Welscwpwrdd
Westerlauwers Frieskast
Zweedsskåp