Informatie over het woord verbolgen (Nederlands → Esperanto: kolera)

Synoniemen: boos, gram, kwaad, nijdig, toornig, verstoord, vertoornd, gramstorig, vergramd, pissig

Woordsoortbijvoeglijk naamwoord
Uitspraak/vərˈbɔlɣə(n)/
Afbrekingver·bol·gen

Voorbeelden van gebruik

Dat merkte de verbolgen heer.
En zonder zich te storen aan het getier van de verbolgen grijsaard, droegen zij het beeldhouwwerk, onder het poortje door, stadwaarts om het op slot Bommelstein te gaan bevestigen.

Vertalingen

Afrikaanskwaad
Deensvred
Duitsarg; böse; zornig; aufgebracht; ärgerlich
Engelsangry
Engels (Oudengels)abelgan; yrre
Esperantokolera
Grieksθυμωμένος; οργισμένος
Hongaarsharagos; mérges
IJslandsreiður
Italiaansirato
Jiddischבײז
Nederduitskwåd
Noorssint
Papiamentskrou; rabiá
Poolsrozgniewany
Saterfriesdul; ferduld; gräl; lälk; näielk; niedich; oolk
Spaansenfadado; enojado
Thaisโกรธ; โมโห
Turkskızgın; öfkeli
Westerlauwers Friesgek; lilk
Zweedsarg; ilsken; vred; vredgad