Informatie over het woord music (Engels → Esperanto: muziko)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈmjuːzɪk/
Afbrekingmu·sic

Voorbeelden van gebruik

That can only be music to Putin’s ears.

Vertalingen

Afrikaansmusiek
Albaneesmuzikë
Catalaansmúsica
Deensmusik
DuitsMusik
Esperantomuziko
Faeröerstónleikur
Finsmusiikki
Fransmusique
Grieksμουσική
Hongaarszene
Jamaicaans Creoolsmyuuzik
Latijncantus
LuxemburgsMusek
Nederlandsmuziek
Noorsmusikk
Papiamentsmúsika
Poolsmuzyka
Portugeesmúsica
Roemeensmuzică
SaterfriesMusik
Schotsmuisic
Schots-Gaelischceòl
Spaansmúsica
Srananpoku
Thaisดนตรี
Tsjechischhudba
Westerlauwers Friesmuzyk
Zweedsmusik