Informatie over het woord fari

Woordsoortwerkwoord
Afbrekingfar·i

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdfaras
Verleden tijdfaris
Toekomende tijdfaros
 
Voorwaardelijke wijs
farus
 
Gebiedende wijs
faru

 Deelwoorden
 Actieve deelwoordenPassieve deelwoorden
Tegenwoordige tijdfarantafarata
Verleden tijdfarintafarita
Toekomende tijdfarontafarota

Voorbeelden van gebruik

La polico faris demandojn al ŝi.

Vertalingen

Afrikaansaangaan
Duitsschließen
Engelsdo; reach; strike
Jamaicaans Creoolsdu
Nederlandstoebrengen; aandoen; aangaan; stellen; doen; afsluiten; sluiten
Schotsdae
Westerlauwers Friesdwaan